Isidorus van Rillington is zo’n universele geleerde uit het eind van de middeleeuwen. Hij is voortdurend op zoek naar nieuwe kennis en trekt daarvoor de hele wereld over. Zijn droom is bouwmeester te worden. Van kerken en kathedralen en andere prestigieuze bouwwerken. Hij haalt zijn vakmanschap uit Vitruvius’ standaardwerk De bouwkunst. Veel komt er niet terecht van Isidorus’ carrière als architect. Waar hij wél in slaagt, is het construeren van een immens geheugenpaleis, waarin hij al zijn verworven kennis opslaat, vaak in de vorm van letterlijk uit zijn hoofd geleerde boeken. De ommegang, titel van de nieuwe historische roman van Jan van Aken, slaat niet alleen op Isidorus’ reis rond de toenmalig bekende wereld – van de Engelse abdij Bellalanda, waar hij te vondeling was gelegd, tot in het verre China en alles daar tussenin. De titel heeft ook betrekking op de dagelijks hernomen dwaaltochten door het systematische geheugensysteem van de ik-figuur, dat hij zelf omschrijft als een uitgestrekte stad, met wijken, straten, openbare gebouwen en woonhuizen. Het voert hier veel te ver om alles verwikkelingen op een rij te zetten. De ommegang is zo’n typisch zwelgboek, waar je gewoon even een week alles voor aan de kant moet zetten.
Geef een antwoord