Natuurlijk is het een schande dat Philip Roth alwéér is overgeslagen. Maar met Kazuo Ishiguro valt te leven. Met name The Unconsoled is literatuur van buitenaardse schoonheid. Een soort hallucinerend droomscenario, dat door zijn logische en geloofwaardige verwoording als volkomen aanvaardbaar door de lezer wordt geaccepteerd. Net als in alle boeken van Ishiguro is er het geraffineerde spel met het perspectief. Je leeft, voelt en denkt volop mee met de personages, maar weet tegelijkertijd veel meer dan die personages zelf. Hun zicht is beperkt, ze dragen oogkleppen, ze zien alles onscherp, behalve dat waar ze op gefocust zijn. In Remains of the Day is het de butler, die met niets anders met niets geoccupeerd is dan de dienstbaarheid aan zijn werkgever, ook al is dat een nazi. In Never Let Me Go zijn het de jonge klonen, die geen idee hebben wat hun raison d’être is, terwijl de lezer de lugubere waarheid allang doorheeft. Een goede keuze van de Nobeljury dus, al valt er aan de rechtvaardiging van haar beslissing geen touw vast te knopen. Ishiguro heeft zijn prijs te danken aan “zijn vermogen de afgrond bloot te leggen die achter ons ingebeelde gevoel van verbondenheid met de wereld schuilgaat”. Zeg dan gewoon dat hij mooie boeken schrijft.
Geef een reactie